
10/09/2025
Nageeflijkheid betekent letterlijk: “het paard geeft na”. Maar de vraag is: waarop geeft hij na?
Want het is niet op jouw handen, niet op het bit en ook niet op de kracht van je teugels.
Een paard kan alleen zuiver nageven wanneer hij zichzelf draagt: zijn rug loslaat, de achterbenen richting zwaartepunt treden, en de energie ononderbroken doorstroomt van achter naar voren.
Het hoofd rond krijgen met de hand is een illusie van nageeflijkheid. De buitenkant zonder de binnenkant.
Ik hoor het te vaak: ruiters die trots zeggen dat hun paard “lekker nageeflijk” was in de training, omdat de hals rond leek. Maar de realiteit: een vastgezette rug, afgeknikte hals en geblokkeerde achterbenen.
Terwijl: nageeflijkheid een gevolg is van vertrouwen, balans en lichtheid. Niet een doel op zich.
Durf het idee los te laten dat je nageeflijkheid kunt maken. Je kunt het alleen uitnodigen. Je paard geeft het, vrijwillig.
Ik weet nog jaren geleden dat een combinatie voor het eerst bij mij in de rijbak kwam. Een strakke neusriem, korte teugels en het paard kort en afgeknikt in de hals.
Toen ik de ruiter vroeg of ik de neusriem losser mocht doen was het nog oké. Maar vanaf het moment dat ik vroeg om de teugels langer te maken zag ik de paniek in haar ogen.
En dat herken ik bij meer ruiters. Het vraagt moed, want het betekent dat je jouw (schijn)controle een stukje loslaat.
Wat als de volgende revolutie in dressuur niet gaat over méér technieken, méér hulpen, of strengere kaders… maar over minder? Over terugkeren naar de essentie van paardrijden: communicatie, partnerschap en vertrouwen.
Nageeflijkheid is niet iets dat jij aan je paard oplegt. Het is een geschenk dat hij jou aanbied wanneer jij hem de veiligheid, balans en vrijheid biedt om het te kunnen geven.